In de tentoonstelling ‘La basse vallée du Geer’ in Marieke Severens Gallery in Maastricht presenteert Willibrord Nota een nieuwe reeks pasteltekeningen op papier. De reeks ontstond tijdens zijn vele fietstochten langs de Jekervallei, richting het Waalse Tongeren, een route die hij al jaren volgt sinds zijn verhuizing naar Maastricht. Vooral het deel na de brug bij Kanne, waar de rivier de Jeker overgaat in de Geer, weet hem telkens opnieuw te raken.
Tip: Op zaterdag 9 augustus om 11.00 organiseert de galerie een fietstocht langs de Jekervallei, samen met de kunstenaar. Een unieke en immersive manier om zijn werk in context te ervaren. Aanmelden kan via de galerie.
Nota: “Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik werd opgenomen in het landschap, dat ik terugging in de tijd. Ik voel dit niet zozeer in het korte en mooie Nederlandse deel van de Jeker, maar vooral wanneer je de brug bij Kanne oversteekt en in Wallonië terechtkomt, waar de naam verandert in Geer. Daar lijkt de tijd stil te hebben gestaan. Maar als je beter kijkt, is alles door elkaar gehaald. Prachtige landschappen, een grote olietank naast een huis, een mooie oude romaanse kerk, een mengelmoes van huizen in een straat, een veld met populieren, een enorme vervallen schuur, een opzichtige moderne villa, een verwaarloosde carré boerderij… Juist die combinatie van schoonheid en lelijkheid maakt de vallei zo aantrekkelijk.”
De resulterende werken vormen geen exacte weergave van het landschap, maar een trage, aandachtige verkenning van wat deze vallei voor Nota betekent. Steeds opnieuw verschijnt hetzelfde silhouet van een schuur, als een ankerpunt in een voortdurend veranderende omgeving. Door dit motief telkens opnieuw te benaderen, ontstaat er een ritme dat iets wegheeft van meditatie. De structuren en semi-abstracte kleurvlakken suggereren de reflectie van licht, de trage passage van tijd en subtiele verschuivingen in seizoenen en stemmingen, telkens wanneer hij door het landschap fietst.
De ene keer zweemt het gebouw naar lichtblauw of zachtroze, op andere momenten lijkt het bijna te verdwijnen in het donker of juist strak af te steken tegen een dreigende hemel. Herhaling, kleur en nuance krijgen de hoofdrol. Nota werkt vaak in reeksen waarin één vorm of thema telkens een andere invulling krijgt. Ook in deze serie maakt hij voelbaar hoe het kijken zelf betekenis genereert. Er schuilt melancholie in deze beelden, maar ook een stille aanvaarding van het onvolmaakte en het vergankelijke. Ze nodigen uit tot langzaam kijken, tot het ontdekken van nuance in herhaling.
Nota werkt voor deze doorlopende reeks met pastel op papier, een techniek die zich leent voor gelaagdheid en zachtheid. De korrelige textuur van het krijt versterkt het poëtische karakter van zijn werk. In andere series experimenteert de kunstenaar ook met monoprints, tekeningen, schilderingen en collages, waarbij hij materialen als pigment, grafiet, olieverf en metaal inzet. Vaak vormen persoonlijke foto’s daarbij het vertrekpunt voor een werk. De beeldtaal van Nota is mede gevormd door invloeden uit de vroege renaissance, de Nederlandse schilderkunst van de zeventiende eeuw en de pop-art.
De opbouw van deze vallei-reeks is steeds eenvoudig: lucht, grond en gebouw. Maar binnen die structuur ontstaat er ruimte voor variatie. Je voelt hoe zorgvuldig elk werk is opgebouwd, met een oog voor detail dat je ook zou verwachten van iemand die jarenlang dessins ontwierp voor textielbedrijven als De Ploeg en Desso. Ook zijn achtergrond als historicus en docent klinkt door: voor Nota is kijken nooit vrijblijvend. In zijn werk verschuift het perspectief van het documenteren naar het doorgronden. Hij laat zien hoe een enkel gebouw, in wisselende omstandigheden, kan functioneren als drager van herinnering, sfeer en tijd.
Nota’s werk is opgenomen in de collectie van het Textielmuseum en de bedrijfscollectie van Defauwes, beheerd door Jac en Miny Defauwes. Een selectie uit die laatste collectie is tot en met 10 augustus te zien in Museum Valkenburg, waaronder ook een werk van Nota.